De Nooij. 08.02.29 Wim de Nooij en Hendrika Velthuis

 

07.02

Willem de Nooij  en Maria Doornebal  kregen in Ede, 12 kinderen,  6 jongens en 6 meisjes.

Jan Willem was het 9e kind, 5e zoon

08.02.29

Jan Willem, geboren in Ede op  2 juni 1895 en hij overleed in Oosterbeek op 15 maart 1984;

gehuwd in 1925 met Hendrika (Riek) Velthuis, (geboren ca 1900, overleden 15-4-1949 aan de gevolgen van een blindedarmontsteking);   Wim en Riek kregen drie kinderen.  

  in 1950 gehuwd met Hermien Buter (geb 14-06-1905, overleden 13 april 1988 in Oosterbeek)

1936. Wim en Riek, Roelie, Maria en Henny

 

(foto uit boek van Johan)

ca 1948.gezin Wim de N  08.02.29 en Riek Veldhuis: Wim de Nooij (2-6-1895 -15-3-1984),  Roelien (20-6-1926- dec 1966 09.02.34), Riet (Rie, geb 21-8-1928 09.02.35) - Henny (geb 9-1-1936 09.02.36) - Riek Veldhuis (overl 1949) (bron: familie archief de Nooij - fotomap nr 18)

van Li n Re: Ali v Andel en Jan Snoek (geb 1902), Hermien de Nooy-Buter (Wims 2e vrouw) en Wim de Nooy  (geb 1895) Oosterbeek 

Helen: Ik weet niet bij welke gelegenheid deze foto's zijn genomen... Wel kennelijk een familiefeest. Bron: album Helen vd Ros-Snoek , map 15, foto 45a

Johan de Nooy vertelt

(bron: zijn boek Het geslacht de Nooij in de Gelderse Vallei en Veluwezoom)

Jan Willem was vernoemd naar Jan Willem Spekschot, een gepensioneerde, rijke oud-oom, die getrouwd was met Hendrina de Nooij, een zus van Zwerus de Nooij (6e geslacht). Door deze vernoeming hoopte vader Willem – opportunistisch! -  nog eens in aanmerking te komen voor een erfenis. Helaas, dát is nooit gebeurd.

De twee jongste zonen, Wim en Ko, of Ko en Wim, werden meestal in één adem genoemd. Ze konden goed met elkaar overweg, ook op latere leeftijd. Maar als jongens haalden ze van allerlei kattenkwaad uit, o.a. met de katapult.

Ze deden beiden dezelfde ambachtsschool in Arnhem, en gingen later ook wel eens samen op vakantie, b.v. naar Duitsland in de crisistijd, waar ze zich met harde guldens miljonair waanden!

foto's: uit boek van Johan de Nooy

Wim begon samen met broer Jan (08.02.25), ook een techneut, een fietsenzaak in Bennekom, in de Dorpsstraat, tegenover de oude Hervormde Kerk.

Pauline Brussen-de Nooij (dochter van Jan) vertelt:

Oom Wim was in die tijd wat minder zakelijk ingesteld, maakte schulden, enz. En dan liet hij het in Ede, bij hun vader, voorkomen alsof Jan alles verkeerd deed. Dat is toen allemaal fout gelopen en het eind van het liedje was, dat ze uit elkaar gingen. Toen werd het vader Willem ook wel duidelijk, wie de schuldige was. Pa (Jan) heeft van deze kwestie veel verdriet gehad. Het werd een rechtszaak en Wim moest de gevangenis in tenzij grootvader de Nooij de schulden betaalde. Dat heeft hij toen gedaan.                                

Jan Willem was nogal een vrijbuiter en daardoor waren de contacten “met Ede” niet zo intens. Als zijn Vader Willem eens op bezoek kwam in Oosterbeek, werd alles opgeruimd, netjes gemaakt, de Bijbel lag op tafel enz., aldus vertelde dochter Riet (9.10). En als de auto, met ouwe Willem, dan het erf opreed, werd er geroepen: “de Edenaren over ons” en dan was iedereen gealarmeerd.

Ook het feit dat zijn vrouw Hendrika (Riek) Velthuis niet gereformeerd was, en Jan Willem zelf ook niet zo erg, hielp niet mee. (Zo zit er geen trouwfoto of -kaart in het familiearchief).

Ze gingen wel eens – op zóndag nog wel! – een eindje met de auto rijden. En als ze dan door Ede kwamen, riep Jan Willem: “bukken!, dáár heb je de tantes!” En dan doken de dochters plat op de achterbank.

In de oorlog was Jan Willem behoorlijk actief in het verzet, maar veel details weten we er niet van.

Er werden in de werkplaats wel auto’s, die aan een ondergrondse actie hadden deelgenomen, overgespoten in een andere kleur, zodat de vijand die niet zou herkennen.

En werd er tijdens de slag om Arnhem door een Engelse officier zijn auto gevorderd tegen een “I owe you” bewijs, en een andere auto sneuvelde ook in het oorlogsgeweld.

Op 11-7-1944 trouwen Paulien de Nooij (9.13) en Roetert Brussen, die zat ondergedoken in Makkum (Fr.), vanuit het huis van Oom Wim en tante Riek. Ze hebben hun persoonskaarten uit het bevolkingsregister in Ede laten lichten en zijn in het geheim getrouwd in een  kerk in Oosterbeek. Vervolgens zijn ze met de laatste trein naar Friesland vertrokken.

25-9-44 was de evacuatie van de Veluwezoom, dus óók van Oosterbeek, en het gezin loopt naar Ede, waar ze bij broer Zwerus (08.02.24) worden opgevangen, en later op een zolder bij verffabriek Macostan kunnen verblijven. Allemaal behoorlijk primitief, maar in de oorlog was je al blij dat je onderdak had.

En Wim en Ko sjouwden samen, in sept. ’44, de zwaar gewonde generaal Sean Hackett, na spertijd, in het donker, van de Brouwerstraat naar de Torenstraat in Ede, waar hij nog ruim 3 maanden verzorgd werd.

Na de oorlog vonden Wim en Riek hun huis vrijwel ongeschonden terug maar had Wim geen vervoer meer. En in Ede hadden ze bij Macostan, achter verfbussen en krijtzakken, drie auto’s de oorlog door geholpen. Broer Ko bood JW toen een auto aan en JW, die een garage– en taxibedrijf had, eerst in Arnhem, later aan Joubertweg 37, Oosterbeek kon vanwege slechte verbindingen toen, veel taxiritten maken en in korte tijd de auto terugverdienen. Hij bood Ko aan om een Ford te kopen via Marshallhulp hulp voor  ƒ3850,- . Zo geschiedde, maar Ko deed na een paar jaar de auto weer weg want deze 8-cilinder was erg duur in het gebruik en hij kocht er een Fiat Topolino voor in de plaats (500cc). Het geld was nodig om de zaak weer op te bouwen, en daar hoorden geen grote auto’s bij!

 

Hendrika overleed in 1949 aan de gevolgen van een blindedarmontsteking en JW hertrouwde in 1950 met Hermina Buter. De dochters konden het maar matig met haar vinden. In 1966 overlijdt oudste dochter Roelie, een klap die JW nooit echt te boven is gekomen. Jongste dochter Henny emigreert naar Nieuw Zeeland, maar Riet met haar gezin blijft gelukkig in Oosterbeek wonen.

 

 

 

foto Hermina Buter 1979

Johan (Jacobuszn), ging in de 50ies nog wel eens logeren bij oom Wim en tante Hermien, want oom Wim was de aardigste en leukste oom van allemaal. Dan mocht hij spelen in de werkplaats, o.a. blies hij oude binnenbanden op (hij was ook fietsenmaker) met een elektrische luchtpomp.

En hij kreeg allerlei nieuwe dingen te eten, o.a. banaan.

Jan Willem had een dhz benzinepomp naast het huis voor vaste klanten. Nadat dezen hun tank hadden gevuld, konden ze in een boekje de benzineafname noteren en hoefde JW niet steeds naar buiten.

Maar bij Hermien heerste toch wel een strak regime: zo kreeg JW nooit vis te eten (daar hield ze niet van) en als hij dan toch vis wilde, moest hij die buiten onder een afdakje bakken, want zij kon niet tegen die lucht.

Jan Willem is gestorven aan ouderdom en is gecremeerd.

Hermien heeft haar laatste dagen  gesleten in verpleeghuis de Hemelse Berg

(bron: boek van Johan)

1918